Afscheidscolumn van Joke Kolkman: Weggaan is een beetje sterven
Gepubliceerd: 6 september 2024
In de Flessenpost van vorige week heeft mijn opvolger zichzelf voorgesteld. Dit betekent dat ik helaas ga vertrekken. Het Franse spreekwoord ‘partir c’est mourir un peu’ (weggaan is een beetje sterven dus) blijft deze dagen in mijn hoofd hangen bij het pakken van de spullen in verhuisdozen. Als je weggaat, hoe en waarom dan ook, raak je een deel van jezelf kwijt.
Het is voorbij: weg uit dit dorp waar ik voor een simpel boodschapje zomaar een half uur onderweg kan zijn omdat ik allerlei mensen tegenkom. Weg van de Voorstraat met het strand en de zee onder handbereik. Weg van de kerk waarin we zoveel hebben gevierd. Vooral afscheid van de mensen met wie ik lief en leed heb gedeeld. Gistermiddag heb ik de rouwkaarten van de afgelopen jaren (en gelukkig ook een paar geboortekaartjes) in een verhuisdoos gedaan. Elke kaart vertegenwoordigt een levensverhaal en roept herinneringen op.
Er zijn heel veel goede ontmoetingen geweest en die draag ik mee in mijn hart. Bij mijn afscheidsdienst eind juni zongen we een bekend slotlied: “Wat de toekomst, brengen moge, mij geleidt des Heren hand moedig sla ik dus de ogen naar het onbekende land”.
Op dat moment was de toekomst nog erg onzeker. En ik moet eerlijk zeggen: zo moedig was ik niet. Ik was bang voor de toekomst. Waar konden we een nieuwe woonplek vinden? Angst doet rare dingen met een mens. Ik realiseerde me echter twee dingen. Het eerste is dat het leven voor veel andere mensen veel zwaarder en moeilijker zal zijn dan voor mij en mijn gezin. Soms komen mensen op straat terecht vanwege financiële problemen of psychische nood. We zien hen terug in de steden waar bijna iedereen met een boog om hen heen loopt. Als je op de vlucht bent met niets meer dan wat bezittingen in een rugzak in een onbekend land, dan ben je ontheemd en nog steeds onveilig.
Een dak boven je hoofd op een veilige plek, is een eerste levensbehoefte van mensen. Als dat je er niet meer is, door eigen toedoen, door anderen of door omstandigheden, is leven niet veel meer dan overleven. Deze gedachte hielp om mijn zorgen te relativeren. Soms.
Het tweede is dat ik als pastoor heel vaak in de Bijbel heb gelezen en ook tegen mensen heb gezegd: “Je hoeft niet bang te zijn. Uiteindelijk worden we gedragen in de liefde van onze God. We mogen vertrouwen hebben in de toekomst ook al stormt het om ons heen.”
Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Het gevoel en het verstand botsen met elkaar. Soms zijn de woorden over vertrouwen en geloof te groot. Dan zijn we er niet aan toe. Ben ik dan schijnheilig als ik zo’n lied kies? En meezing? Het gekke is; als je het zingt, merk je ook dat het werkt. Als je op zoek bent naar moed of vertrouwen, helpt het om een lied te zingen. En vooral samen zingen, geeft troost.
Ik wens ons allen de moed om met vertrouwen de toekomst tegemoet te gaan. En als het moeilijk wordt, wens ik u een mooi lied toe om alleen maar nog liever samen te zingen.
Pastoor Joke Kolkman