Column Peter van Vleuten: Serendipiteit
Gepubliceerd: 8 november 2024
De grootste ontdekkingen ontstaan soms bij louter toeval. Zo stuitte de Schotse arts-bacterioloog Alexander Fleming krap honderd jaar geleden bij het opruimen van zijn lab op een schaaltje met een verrassende inhoud. Hij wist namelijk zeker dat hij daarin een bacteriekweek moest hebben en dat die inmiddels aanzienlijk moest zijn verveelvoudigd. Maar niets daarvan. De bacterie was zelfs compleet verdwenen. Oorzaak: er was onbedoeld een kleine hoeveelheid van een bepaalde schimmel in het petrischaaltje beland, die de bacterie compleet had uitgeroeid. Eureka! De werkzame stof zou penicilline gaan heten en zorgde voor een revolutie in de medische wetenschap: de ontwikkeling van antibiotica.
Viagra
Zo’n toevallige ontdekking heet serendipiteit: je bent op zoek naar het één en vindt iets heel anders. Columbus die in Amerika belandde, terwijl hij dacht in Indië te zijn aangekomen. Maar ook teflon, de magnetron en het theezakje zijn op dezelfde manier ontstaan. En viagra trouwens, dat eigenlijk bedacht was als hartmedicatie.
Kletsbacterie
Op dat soort serendipiteit ben ik al een tijdje aan het wachten voor het verschijnsel van een heel andere ziekte: de Dutch Disease. Ik kijk reikhalzend uit naar een geneesmiddel tegen de chronische kwaal van oeverloos door livemuziek heen ouwehoeren, waar we in Nederland een wereldwijd patent op hebben. De kletsbacterie die daarop uitstekend gedijt, doet het om de een of andere reden hier extra goed. Vlak buiten ons nationale petrischaaltje vermenigvuldigt de bacterie zich al veel minder voortvarend. In België en Duitsland kan je boze blikken om je heen verwachten als je met je stapmaat over de voetbal of de vakantie gaat staan lullen tijdens een luisterconcert. Maar in onze poldercontreien tiert de aandoening welig.
Kalknagels
Wat zou het mooi zijn als er een wetenschapper bij de zoektocht naar – laten we zeggen – een nieuwe kunstmest of een smeerseltje tegen kalknagels zou ontdekken dat het laboratoriumspul onbedoeld positief blijkt bij te dragen aan menselijk luistergedrag. En dan in het bijzonder van concertbezoekers in bepaalde landelijke streken onder zeeniveau.
Laboratorium
En eerlijk, ik heb opeens goede hoop. Helaas ben ik een belabberde wetenschapper, maar onlangs bevond ik me onverwachts in een onvoorzien laboratorium. Ik mocht als gast een paar eigen liedjes doen bij een optreden van singer-songwriters Wyatt Easterling uit Nashville en Clementine Volker uit Goedereede. Maar liefst twee volle sets lang was vrijwel iedereen doodstil in het toch aardig gevulde muziekcafé. Goeie zang, een prettig geluidsvolume en eerlijk muzikaal vakmanschap brachten intensiteit en puurheid. Deze combinatie werd beloond met aandacht en applaus. En dat, ondanks vrijwel alleen originele, grotendeels onbekende songs. Ik geloof dat juist de enige cover bij welgeteld één ultra-orthodoxe connaisseur tot wrevel leidde.
Kansrijk gebied
Ik hoop dat die kalknagelgeleerde of die kunstmest-researcher er volgende keer bij zal zijn. Want hier ligt een veelbelovend en kansrijk gebied. Zij zullen moeten uitvissen waardoor de Dutch Disease in dit geval niet tot ontwikkeling kon komen. Temperatuur? Vochtigheidsgraad? Genetische kenmerken in de publiekssamenstelling? Wie zal het zeggen. Ik denk dat deze academische onderzoekers in ieder geval ook de locatie zelf aan een grondige analyse moeten onderwerpen. De component ‘Muziekcafé Taverne’ kon weleens van grote invloed zijn. Het was nog een reden om de Tav voor het nageslacht te bewaren. In het belang van de muzikale volksgezondheid is dat gelukt.