Lamp vuurtoren Egmond naar Helders museum
Toegevoegd aan de collectie van Lichtschip Texel nr. 10
Gepubliceerd: 1 maart 2024
Het Lichtschip Texel heeft een schenking mogen ontvangen. Het is de lamp die in de periode mei-augustus 1973 in de vuurtoren van Egmond aan Zee een baken was voor het scheepvaartverkeer op de Noordzee. Deze lamp zal ergens een plekje krijgen in hun collectie. Egmonder Koen van Duin heeft de lamp jaren in bezit gehad. Na zijn overlijden heeft de lamp een mooi nieuw thuis gekregen!
Over het Lichtschip Texel
Al vanaf 1996 vormt het museale lichtschip Texel nr. 10 een absolute blikvanger in Museumhaven Willemsoord op de Oude Rijkswerf Willemsoord te Den Helder. Bijzonder is dat het inmiddels prachtig gerestaureerde schip op een steenworp afstand ligt afgemeerd van de helling waar zij in 1951 van stapel is gelopen. Hierna zou het lichtschip voor de Nederlandse kust veertig jaar lang een betrouwbaar baken in zee zijn. Thans vormt het een lichtend middelpunt van een bijzondere museale schepencollectie.
Een vaartuig met een interessante levensloop dat met veel zorg en liefde is gerestaureerd door vrijwilligers van de Stichting Historie der Kustverlichting en hierdoor als uniek maritiem erfgoed voor de toekomst behouden blijft.
Markering vaarroutes
In de Noordzee komen veel zandbanken en ondiepten voor. Deze vormen een groot gevaar voor de scheepvaart. Omdat de Noordzee één van de drukst bevaren zeeën ter wereld is, moeten de vaarroutes en ondiepten adequaat en volgens internationale afspraken worden gemarkeerd. Tegenwoordig is Rijkswaterstaat verantwoordelijk voor de vaarwegmarkering in de Nederlandse sector van de Noordzee. Tot laat in de vorige eeuw gebeurde dit markeren echter nog door onder andere lichtschepen, die zich het best laten definiëren als drijvende vuurtorens op ver in zee vooruitgeschoven posities. Door de alsmaar voortschrijdende technische ontwikkelingen op nautisch gebied waren de in exploitatie dure lichtschepen op een gegeven moment als navigatiemiddel overbodig en werden vervangen door andere, eigentijdse middelen. Dit overkwam ook het lichtschip Texel. Nadat het de laatste vijftien jaar van haar actieve leven als geautomatiseerd lichtschip onbemand op positie had gelegen, werd het schip in 1992 naar binnen gehaald en door een grote lichtboei vervangen.
Terugbouw en overdracht
Op 26 juni 1996 kreeg de Gemeente Den Helder het lichtschip Texel van Rijkswaterstaat in bruikleen, terwijl de museale inrichting ervan in handen werd gegeven van de Stichting Historie der Kustverlichting. Omdat het uiterlijk van het lichtschip door de automatisering danig was aangetast en ook het onderhoud te wensen overliet, werd in samenspraak met de voormalige Vaarwegmakeringsdienst en de Stichting Historie der Kustverlichting toestemming verleend om het lichtschip Texel in haar oude glorie te herstellen. Dit zogeheten terugbouwen zou door een kleine, maar enthousiaste en gespecialiseerde groep vrijwilligers worden uitgevoerd. Op 19 december 2008 droegen Rijkswaterstaat en de Gemeente Den Helder het schip officieel over aan de Stichting Historie der Kustverlichting. Het unieke lichtschip meet 500 ton, is 45,4 meter lang en 7,92 meter breed en heeft een diepgang van 2,92 meter. Het kreeg uiteindelijk in Den Helder een vaste ligplaats in de Museumhaven Willemsoord op de Oude Rijkswerf Willemsoord. Op de plek waar het schip ook was gebouwd. Het werd hiermee een beeldbepalend stukje cultureel, historisch, industrieel en maritiem erfgoed.
Restauratie
Nadat in 1996 de museale inrichting van het lichtschip in handen was gegeven van de vrijwilligers van de Stichting Historie der Kustverlichting, werd gelijk een begin gemaakt met de restauratie.
Als eerste werden alle loze kabels verwijderd. Tijdens de automatisering was veel apparatuur vervangen of verplaatst. Hiervoor waren, zonder de oude te verwijderen, nieuwe kabels getrokken. Verder waren de patrijspoorten verwijderd en de hierdoor ontstane gaten had men met ijzeren platen weer dichtgelast. Deze platen waren, toen het lichtschip onbemand was, met het oog op de veiligheid aangebracht. Om meer licht naar binnen te laten komen, werden deze door de vrijwilligers weer open geslepen. Hierna werden zowel de buitenzijde van het schip als de vertrekken binnen geschilderd.
Omdat het Loodswezen destijds onder de Koninklijke Marine viel, was het schip bij de oplevering volledig met marinemateriaal ingericht. Maar toen het schip eenmaal uit dienst was gesteld, kwam het leeg naar Den Helder. Alles wat niet vast zat, was van boord gehaald.
Met dank aan de marine kon de inrichting in de loop der jaren toch weer vorm worden gegeven. Zo kwamen de oude types Becker radio’s met toebehoren, waaronder de antenneschakelaar, weer op hun oude plaats te hangen.
Verder werden de radiotafel en de ladekast voor het plaatsen van het radiobaken nagebouwd. Het had nog al wat voeten in de aarde voordat uit dit apparaat weer het geluid van de misthoorn kwam. Ook werd het grootste deel van de kombuis gerestaureerd en werden in enkele natte ruimten de vloerplaten vernieuwd.
De grootste klus zou de machinekamer worden omdat deze ruimte geheel was gemoderniseerd. Nadat twee van de drie Samofa dieselgeneratoren waren verwijderd, kon deze ruimte worden schoongemaakt en geschilderd.
Hierna werden er vier Kromhout dieselgeneratoren geplaatst. Een andere grote klus was, vanwege de aanwezigheid van een zware ketting, het opknappen van de ankerlierruimte. Hierna werden ook de ruimtes voor de CV, accu’s en elektrische installatie en de hobby- en de timmerhut weer in de oude staat teruggebracht. En in het midden van het schip werd de toiletruimte in zijn geheel vervangen. Tot slot werden door het hele schip de moderne lampen, schakelaars, verdeeldozen, kabelgoten door originele materialen vervangen.
Ook werd na de uitdienststelling al snel begonnen aan de restauratie van het uiterlijk. Het lichtschip moest er weer uit gaan zien als voor de automatisering. Als eerste kwam de brug terug op zijn plek. Van de beide masten stonden alleen nog de ondermasten op het dek. Eerst werd de voorondermast verwijderd en nadat alles wat er niet aan hoorde was weggehaald, werd hij opnieuw opgebouwd. Daarna was de achterondermast aan de beurt. Nadat het helikopterdek was verwijderd, konden achtereenvolgens de ondermasten, de bovenmasten, het tuigage, het want en de antenne worden teruggeplaatst. Verder werden ook weer een laadboom voor het te water laten van de loodsjol, een replica van de wachtruimte, de twee sloepstoelen voor de loodsjol en een roeispiegelsloep aan boord geïnstalleerd. Tot slot werden tijdens de dokbeurt in 2009 de uitbouwen aan de zijkant van het schip verwijderd. Deze uitbouwen, rijpalen genaamd, waren tijdens de automatisering op de romp aangebracht. Daartussen was een ladder bevestigd om makkelijk aan boord te kunnen komen. Met dit alles was het grootste deel van de uiterlijke terugbouw voltooid, en had lichtschip Texel nr. 10 weer haar oude vertrouwde uitstraling teruggekregen. En om haar functie van lichtschip nog eens extra te versterken, werd in 2011/2012 de gehele verstaging en reling van ledverlichting voorzien. In de donkere decembermaand en bij speciale gelegenheden staat het lichtschip hierdoor extra te stralen.
Klik op één van de afbeeldingen voor een vergroting.